Zo alomtegenwoordig.
Klaar om te strijden.
Ze wijkt niet van mijn zijde.
Zij (ja, het is een zij).
Een gulzige ambitieuze perfecte zij.
Een kille gedreven strengheid in mij.
Ik weet zelfs niet waar. Maar ze is altijd daar.
Paraat voor eender welk gevaar.
Ook al is het soms niet waar.
Alles moet. Niets mag.
Geen ontspanning of rust onder haar gezag.
Altijd of-of. Nooit een mildere en-en.
Want wie weet wat dat teweeg brengt. Weg ermee. Snel!
Subtiel, bijna onzichtbaar, grijpt ze me bij mijn nekvel.
Met een volgend verstijvend bevel.
Zoals een puppy die door haar moeder wordt gegrepen.
Met een overspannen getrokken gezicht. Volledig in haar dwang gegrepen.
Ze maakt het onmogelijk om een moment, persoon of ontmoeting ten volle te omarmen. De ervaring te beleven in het nu. En mijn geest terug te laten opwarmen.
Verantwoordelijkheid primeert. Elke zet is gecontroleerd of gedicteerd.
In mijn werk, relaties en ouderschap. Niets mag verkeerd.
Ze sijpelt zelfs door tot in mijn momenten van plezier en meditatie.
‘Allez komaan zeg, geniet er nu van!’. Zelfs daar heeft ze geen gratie.
Wat droom ik van meer Vertrouwen.
Waarbij de imperfecte perfectie zich laat ontvouwen.
Daar kunnen we tenminste duurzaam op verder bouwen.
Ecstatic dance en massages zijn de enige plek waar ik tijdelijk gevrijwaard ben van haar klauwen.
Oh, daar is ze terug. Met een vernietigend oordeel en wantrouwen.
Wat is het uiteindelijk allemaal paradoxaal.
Want ze zorgt dat we zoveel verwezenlijken.
Maar moest ze haar schild gewoon eventjes laten zakken,
En ook eens mee lachen en mee genieten,
Zou ze die beangstigende leegte - die ze kost wat kost wil vermijden - misschien net beginnen volgieten.